Emoties bij honden: CARE
CARE staat voor verzorging, zorgen voor.
De zorg van de moederhond voor de puppy’s.
De zorg van ons als eigenaren voor onze honden.
Het voelen van vriendschap en verbondenheid.
Omschrijvingen van gevoelens in deze emotionele staat zijn warm, wollig, tevreden, verbonden, zorgzaam.
Degenen die verzorgd worden zijn degenen die vooral baat hebben bij deze emotie. Maar ook degenen die de zorg geven krijgen hier een tevreden en warm gevoel van.
Wanneer puppy’s geboren worden, zijn ze nog volledig afhankelijk van de zorg van de moederhond. Puppy’s zijn de eerste weken nog doof en blind. Zij kunnen de eerste weken alleen voelen en ruiken, en zo de tepels bij de moederhond vinden.
Wanneer puppy’s een zorgzame, ontspannen, moederhond hebben, ontwikkelen zich vaak tot meer sociaal vaardige, emotioneel stabiele, zelfstandige honden
Puppy’s van een moederhond die veel stress ervaart zijn vaak zelf ook meer nerveus, ervaren sneller stress en zijn angstiger om nieuwe dingen te proberen.
Onze zorg voor onze honden doet vaak een beroep op ons eigen CARE systeem. Veel hondeneigenaren vinden het fijn om voor hun hond te zorgen en voelen zich met hun honden verbonden. De manier waarop wij voor onze honden zorgen heeft, net als de zorg door de moederhond, ook invloed op de ontwikkeling van onze honden.
Goede zorg beïnvloed de ontwikkeling
De manier waarop er voor je is gezorgd in je vroege ontwikkeling (dit geldt voor mensen, maar ook voor honden) beïnvloedt de manier waarop je je met anderen verbonden voelt en je aan andere kan hechten.
De manier waarop je je kunt binden aan anderen wordt de hechtingsstijl genoemd. Deze hechtingsstijl ontwikkeld zich bij mensen de eerste jaren na de geboorte. Bij honden ontwikkelt dit zich in de eerste weken en maanden na de geboorte.
Er is sprake van vier typen hechtingsstijlen
(volgens de Amerikaanse psycholoog Mary Ainsworth).
- Veilige hechting.
- Onveilige-vermijdende hechting.
- Onveilige-angstige hechting.
- Onveilige-gedesoriënteerde hechting.
Ad 1.: Veilige hechting wil zeggen dat er bij de hond een goede balans is tussen gehechtheidsdrang en exploitatiedrang. Dit wil zeggen dat de hond graag bij de eigenaren is, maar het ook aandurft om zelf op onderzoek uit te gaan/nieuwe dingen durft aan te gaan/nieuwe dingen durft te ontdekken. Er is dus sprake van een goede balans tussen het zoeken van nabijheid van de eigenaar en zelfstandig zijn.
Ad 2.: Onveilige-vermijdende hechting wil zeggen dat de hond contact met de eigenaar vermijdt en probeert zoveel mogelijk zelfstandig te zijn. De hond is gewend alles zelf te moeten oplossen en zoekt hiervoor geen hulp of steun bij de eigenaar. De gehechtheid is als het ware geminimaliseerd. Dit is een hechtingsstijl die je regelmatig ziet bij honden met een verleden waarin ze al heel vroeg op zichzelf waren aangewezen. Je kunt hierbij bijvoorbeeld denken aan een straathond in het buitenland die al jong (zonder moederhond) zelf voor zijn/haar eigen overleving heeft moeten zorgdragen. Of bij honden van ongevoelige eigenaren/verzorgers waarbij totaal geen rekening met de hond werd gehouden.
Ad 3.: Onveilige-angstige hechting wil zeggen dat de hond juist veel toenadering zoekt tot de eigenaar. Honden met een onveilige-afwerende gehechtheid zijn angstig zonder eigenaar in de buurt. Deze honden zijn vaak erg onzeker en onzelfstandig. Ze willen vaak voortdurend bij de eigenaar zijn. Maar wanneer ze van de eigenaar gescheiden zijn geweest, kan het zijn dat ze bij terugkomst niet meteen enthousiast zijn. Deze hechtingstijl komt bijvoorbeeld voor bij honden die te maken hebben gehad met mensen met onvoorspelbaar gedrag. De ene keer (over)bezorgd, dan verwaarlozend of mishandelend. Deze honden hebben geen idee wat ze aan mensen hebben.
Ad 4.: Onveilige-gedesoriënteerde hechting wil zeggen dat de hond gedragingen vertoont uit zowel de onveilige-vermijdende hechting als uit de onveilige-gedesoriënteerde hechting. De hond zoekt wel toenadering tot de eigenaar, maar dit levert ook veel angst/stress op. Deze hechtingsstijl komt vooral voor bij honden die mishandeld zijn door mensen of op een andere manier getraumatiseerd zijn geraakt.
De hechtingsstijl ontwikkelt zich dus onder invloed van het CARE systeem van de verzorger. Wanneer er sprake is van een onveilige hechtingsstijl bij jouw hond dan kan dit leiden tot het ontstaan van probleemgedrag. Bijvoorbeeld verlatingsangst is een vaak voorkomend probleem bij honden met een onveilige hechting.
Ook het ontstaan van vriendschapsbanden wordt beïnvloed door het CARE systeem. Vriendschap tussen ons en onze hond, maar ook tussen honden (en andere dieren) onderling.
CARE is een prettig emotie. Prettig voor degene die de emotie ervaart, maar ook voor degene op wie de emotie gericht is.